De Drentsche Patrijshond

Een stukje geschiedenis van de Drent, een staande hond. Dat wil zeggen dat hij het wild opspoort en het de jager ‘aanwijst’, door er roerloos voor te blijven staan, liefst met een opgetilde voorpoot. Dit ’voorstaan’ is een eigenschap die op erfelijke factoren berust.

Ontstaan van de naam

In Nederland werd de staande hond Spanjoel, Spiljoen, Spioen en ook wel Spion genoemd. In Frankrijk sprak men van ‘epion’. De naam Spanjoel wijst weer op Spanje als het land van herkomst.

De staande hond werd voornamelijk gebruikt bij de jacht op hoenders, fazanten en patrijzen. Toen de staande hond in Duitsland bij de jacht zijn diensten ging verrichten noemde men hem ook wel Hünerhund. In Nederland sprak men van Patrijshond.

In de provincie Drenthe, die lange tijd vrij geïsoleerd heeft gelegen t.o.v. de overige provincies was weinig interesse voor buitenlandse jachthonden. Bovendien was er weinig geld om een buitenlandse jachthond te kopen. De Drentse jager was er in het algemeen van overtuigd dat vermenging met soortvreemd bloed de kwaliteit van het ras teniet kon doen. Er werd gefokt volgens het oeroude principe ’Geliek met geliek, geeft geliek’ en daarin hadden ze ’geliek’


Toen bij de erkenning van het ras, door de Raad van Beheer op 15 mei 1943 de vraag werd gesteld waarom het ras Patrijshond moest heten, werd aangetoond dat het hier de reconstructie en het erkennen van een oud ras betrof, dat sinds oude tijden deze naam droeg. Zo werd het ras geen Drentsche Jachthond of Drentsche Staande Langhaar, maar Drentsche Patrijshond genoemd.

Afbeeldingen

In de litteratuur is weinig terug te vinden over deze honden, maar onze schilders zoals J.Coster en J.Steen lieten veel afbeeldingen achter, waaraan men wel enig houvast had bij de bestudering van deze honden. Ze staan afgebeeld vaak als jachthond van hetzelfde type: dezelfde beharing en meestal wit met bruine platen.

Eigenschappen

Eigenschappen van de Drent zijn o.a.: zijn jachtkwaliteiten, het rustig onder het geweer jagen, vast voorstaan met ronddraaiende staart en de jager afwachten, het goede apporteerwerk, het ’zacht’ in de bek zijn, zijn grote gehoorzaamheid en leergierigheid,het zachte en aanhankelijke karakter, zijn gevoel voor humor, waakzaam bij huis en lief voor kinderen.
Een zeer veelzijdige hond dus. Als de hond voldoende beweging en uitdaging krijgt, niet de hele dag alleen thuis is of in een kennel moet zitten is hij zeker ook geschikt als huishond.